Vragen over berichtenfestival De Viking

De afgelopen weken werden we overstelpt door slecht nieuws over De Viking, waar theater Bouwkunde en filmhuis De Keizer onderdak in moeten vinden. Echt een verrassing was dat niet, al veel langer doen verontrustende berichten de ronde. De VVD wil nu het naadje van de kous weten.

Zaterdag 16 december kopte de Stentor: ‘Klachtenregen over de Viking’, boven twee pagina’s ellende, klagende omwonenden die zich niet gehoord voelen en een gemeente die de klachten niet wil horen.

Dit artikel staat niet op zichzelf. De dag ervoor meldde de krant: ‘De Viking gaat 70 cm de lucht in’. Met de ophoging wordt het pand net zo hoog is als de oude vestingtoren, ondanks de afspraak dat dat niet zou gebeuren. De welstandcommisssie gaat tandenknarsend akkoord.

Weer een dag eerder: ‘Waarschuwing voor rol NV kwam al in mei’. Interne waarschuwingssignalen van de concerncontroler worden niet serieus genomen.

Op 9 December wijdde De Stentor twee pagina’s aan De Viking, met het ronduit alarmerende nieuws dat zowel aannemer als architect het werk dreigen te staken. Alle alarmbellen hadden op dat moment af moeten gaan, want wanneer een toparchitect als Bjarne Mastenbroek begint te klagen is er echt iets aan de hand.

De vele zorgwekkende signalen die we uit de stad ontvangen en de berichten in de pers, waren voor ons aanleiding om te gaan praten met de welstandcommissie en de architect. Zij vertelden ons dat onder druk het ontwerp ingrijpend wordt aangepast, zonder dat het duidelijk is waar en door wie de keuzes gemaakt worden.

De VVD heeft de bouw van de Viking altijd gesteund, onder de voorwaarden dat we binnen budget blijven en dat parkeer- en fietsproblemen worden. Essentieel daarbij zijn openheid en transparantie, en juist daar schort het aan.

‘Het wordt tijd dat het college meer openheid van zaken geeft’ zegt VVD-gemeenteraadslid Lars Wuijster. ‘Het kan niet zo zijn dat een verantwoordelijk wethouder alle kritiek naast zich neerlegt, niet thuis geeft als burgers met  klachten komen en weigert met de architect en aannemer te praten. Het moet duidelijk worden wie welke keuzes maakt en waarom.’