Een gehavend stadsfront en een gapend financieel gat. Dat
is de tussenbalans van het project De Viking, het beoogde nieuwe onderkomen van
filmhuis en Bouwkunde. De VVD steunt het voorstel om een investering te doen,
zodat de bouw door kan gaan, maar dan wel op keiharde voorwaarden: ‘We moeten
koste wat kost voorkomen dat we in een financiële fuik zwemmen’, meent VVD-gemeenteraadslid
Lars Wuijster.
In de oorspronkelijke plannen werd nog uitgegaan van hergebruik
van een aanwezige fundering. Na sloop van de gymzalen bleek die niet aanwezig.
Een nieuwe fundering mag niet van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed. In goed
overleg is een alternatieve bouwconstructie bedacht, die echter € 1.550.000
meer kost dan begroot.
Het college stelt voor om deze meerkosten te dekken door
jaren verder te bezuinigen op de cultuursector en om een deel van de rekening
door te schuiven naar de exploitanten. Niets doen levert het duurste
parkeerterrein van Nederland op, dus wil ook de VVD door met de bouw. De
voorgestelde dekking zet de exploitatie van de Viking echter zo onder druk, dat
het risico bestaat dat de gemeente de komende jaren alsnog moet bijspringen. ‘De
culturele sector heeft de afgelopen jaren bovendien al genoeg ingeleverd’, zegt
Wuijster, ‘daar zitten ze echt niet te wachten op deze potentiële molensteen.’
Eenmalige tegenvallers moet je volgens Wuijster niet
dekken met boterzachte claims op de toekomst, maar direct verrekenen: ‘Als je
dat doet is het een recept voor een ramp. De VVD zal tijdens het debat op 19
oktober een voorstel doen voor een alternatieve dekking.’