Als architect ben ik bij veel projecten in Deventer
betrokken. Vaak gaat het om dan om monumenten. Met de gemeentelijke
monumentenzorg heb ik dan ook veelvuldig en meestal prettig contact, met
wederzijds begrip voor elkaars standpunt. Logisch, want ook ik hecht aan het
behoud van onze monumentale binnenstad.
Regelmatig is er strijd. Over een dakraam dat
niet eens te zien is vanaf de straat. Een loggia. Een oude deur die behouden
moet blijven. Over dubbel glas, dat in een monument niet mag worden gebruikt.
De kleur van kozijnen en ramen, en nog veel meer. Alles om het historische
karakter van de stad zoveel mogelijk te behouden. Behoud en restauratie van
ongebruikte schoorstenen. Raamprofielen die behouden moeten blijven waardoor,
er geen dubbel glas in kan. We komen er altijd uit, ook al ben ik het niet
altijd met alles eens.
Ook voor huiseigenaren is het soms slikken.
Lang niet alles wat zij willen is mogelijk. Ik heb het altijd goed uit kunnen
leggen. Dat we moeten blijven nadenken over hoe we omgaan met de huizen in de
binnenstad, dat het belangrijk is dat we ons aan regels houden die het unieke
van het Deventer stadsgezicht beschermen.
Maar als de gemeente zelf een middeleeuwse stadstoren degradeert tot een decorstuk waar vierkante gaten in mogen worden gezaagd voor een noodtrappenhuis houdt mijn verhaal op. Het klopt gewoon niet en ik kan het met al mijn ervaring ook niet meer uitleggen.