Ook steun voor sekswerkers

Sekswerkers dreigden in Deventer tussen de wal en het schip te vallen toen ze hun werk kwijtraakten en toch geen aanspraak konden maken op financiële ondersteuning. VVD-gemeenteraadslid trok aan de bel en vond samen met de gemeente een oplossing.

 

Sipman werd benaderd door een sekswerker, die in financiële moeilijkheden kwam toen de contactberoepen niet meer uitgeoefend kunnen worden. ‘Je kunt dan als bedrijf om steun naar de overheid, of als zzp-er gebruik maken van de tozo-regeling. Maar zij viel overal buiten.’

 

Dat heeft te maken met de bijzondere manier waarop de arbeidsrelaties van sekswerkers in clubs privé-huizen geregeld is. Zij maken gebruik van een zogenaamde opt-in constructie, een hybride vorm, op aandringen van zowel de fiscus als de gemeente, als vergunningverlener. ‘Ze hebben liever niet dat iemand in loondienst is, want dan ontstaat een machtsrelatie, wat misbruik met zich mee zou kunnen brengen. De sekswerkers hebben geen andere keus dan via deze constructie te werken.’

‘In de constructie zorgt het bedrijf waar ze voor werken wel voor bijvoorbeeld de financiële afhandeling. Met als gevolg dat ze zich niet kunnen inschrijven bij de Kamer van Koophandel, wat een vereiste is bij het aanvragen van een tozo-uitkering. Terwijl ze wel zonder werk zitten door maatregelen van de overheid. Eerst mochten ze niets omdat het een contactberoep is, nu zijn ze een uitzondering en mogen ze pas op 1 september weer beginnen. Op die manier ontstaan schrijnende situaties.’

Achter de schermen heeft Sipman samen met een aantal ter zake kundige ambtenaren gezocht naar een oplossing, en die ook gevonden. Het bleek mogelijk om een regeling te bedenken waarbij de sekswerkers onder een andere naam toch gebruik kunnen maken van een variant op de tozo-regeling. Met dezelfde voordelen als het ontbreken van een partnertoets in de eerste drie maanden. Omdat daarvoor ook de participatiewet wordt ingezet zou eigenlijk ook een sollicitatieplicht van kracht zijn, maar die vervalt, omdat de werkloosheid tijdelijk is.

‘Het gaat in Deventer ongeveer tien mensen’, zegt Sipman, ‘dus het trekt geen zware wissel op de begroting, maar het is wel belangrijk dat wij ze niet uit het oog verliezen.’