Wie verhuist, maakt regelmatig een ritje naar de stort. Want pas bij een verhuizing kom je er achter hoe veel spullen en rommel je hebt, die je liever niet meeneemt naar je nieuwe stek. De gemeenteraad heeft er daarom voor gezorgd dat mensen die verhuizen 100 kilo extra kunnen storten. Helaas blijkt deze service in de praktijk niet te werken.
VVD-raadslid Eva Sipman: ‘Als je verhuist, stopt het legen van de containers bij je oude woning en duurt het even voordat de stortpas van je nieuwe huis is geactiveerd. Je kunt dan een zogenaamde verhuispas aanvragen, waarmee je 100 kilo kunt storten. Maar zodra die 100 kilo is verbruikt, wordt de verhuispas geblokkeerd. Iedereen die wel eens is verhuisd, weet dat 100 kilo aan rommel, oude meubels en paperassen niets is. Je zit vervolgens met je handen in het haar, want het duurt 10 tot 12 dagen voordat de blokkering van je milieupas is opgeheven. Dat is een geautomatiseerd proces, wat niet sneller schijnt te kunnen. Daar sta je dus met al je troep die je niet kwijt kunt. Dat is net de stress die je níet kunt gebruiken tijdens een verhuizing.’
Sipman heeft daarom schriftelijke vragen gesteld aan het College. Sipman: ‘De basis achter Diftar is dat door servicegericht te werken, afval scheiden te faciliteren en door goed afval scheiden te belonen de afvalstapel zo klein mogelijk te maken en te komen tot meer bruikbare grondstoffen. Ik vraag me af in hoeverre het blokkeren van chips van containers en milieupassen binnen deze uitgangspunten passen. Bovendien is het natuurlijk bijzonder dat we afval niet inzamelen, ook als er wel voor betaald wordt, middels de afvalstoffenheffing. En ook het gratis afval (onder andere papier, gft en pmd) wordt niet ingezameld. Daarbij komt dat bewoners hier niet over geïnformeerd worden. Dus je kunt je er ook niet op voorbereiden. Een slechte zaak en ik ben benieuwd naar de oplossingen!’