Lars Wuijster: nieuwe regels rekenkamers lossen niets op

Een rekenkamer is een krachtig en a-politiek instrument voor elke gemeenteraad om bestuur en beleid te controleren. Hoe de gemeenteraden hun rekenkamer willen inrichten, is zaak van elke afzonderlijke raad. In de ene gemeente werkt men liever met uitsluitend externe leden, in de andere met een mix. De ene rekenkamer werkt voor een aantal raden, de ander is van en voor één gemeente. Binnen de nu gestelde kaders, is voor elke raad een passende vorm te vinden.

Dat de rekenkamer niet door elke raad of elk individueel raadslid als krachtig instrument wordt beschouwd is spijtig. Het zegt wellicht meer iets over desbetreffende raad en zijn leden. Met het herintroduceren van nieuwe regels voor de inrichting van rekenkamers, zoals de minister voornemens is, los je dit niet op. De minister vindt dat raadsleden geen lid meer mogen zijn van de rekenkamer, wel dat ze betrokken moeten blijven. Ik voorzie in dat geval een wildgroei aan begeleidingscommissies, klankbordgroepen en schaduw kamers. Een hoop bureaucratische rompslomp dus voor een onderwerp waar de gemeenteraden toch echt zelf over gaan en moeten blijven gaan. In een tijd waarin het Rijk steeds meer taken bij de gemeentes onderbrengt, passen de bemoeienissen van de minister niet.